De coronacrisis zet een duidelijke stempel op mobiliteit. Het afgelopen jaar heeft wel bewezen dat de impact erg groot is. Maar staat het virus ook de ontwikkeling van mobiliteit in de weg? Zijn er trends? Onze onderzoeker Dennis van Soest geeft zijn mening in dit interview.
“Ik denk vooral dat juist de trendbreuk die er was in het afgelopen jaar gaat doorwerken”, begint Dennis. “Dit geldt dan met name voor thuiswerken en zakelijk verkeer, maar ook voor internationaal verkeer en goederenvervoer. Daar zitten nu de grootste veranderingen. Door het thuiswerken dat voor veel werkenden geadviseerd wordt, werken mensen nu veel meer dan één dag in de week thuis, wat hiervoor gebruikelijk was. De intentie om thuis te werken is ook gegroeid. Uit onze onderzoeken is gebleken dat mensen die kunnen thuiswerken dit ook na de crisis graag 2,3 dagen willen blijven doen. Want zo creëer je een mooie mix met dingen van kantoor zoals collega’s zien en met thuiswerken zonder reistijd elke dag, meer flexibiliteit en combinatie van werk en privé.”
Volgens Dennis kan thuiswerken positief bijdragen aan de mobiliteit, maar hoeft dat niet altijd het geval te zijn. “Voor mobiliteit heeft het in eerste instantie een positief effect. Dat hebben we ook wel gezien op de wegen, want er zijn veel minder files. We weten alleen nog niet hoe dit gaat settelen. Mensen hebben nu wel gezien dat thuiswerken fijn is, maar wie weet gaat dat wel alleen op de populaire thuiswerkdagen zijn: de vrijdag en de woensdag. Dan blijft iedereen op de maandag, dinsdag en donderdag reizen, terwijl je dat het liefst wilt blijven spreiden over de week om files en dergelijke tegen te gaan. Daarnaast kan het thuiswerken tot gevolg hebben dat mensen verder van hun werk gaan wonen, waardoor ze weliswaar minder naar het werk reizen, maar wel verder.”
“Zakelijk verkeer kan wél blijvend verminderd”, vindt Dennis. “Veel zakelijke overleggen gaan nu online en ik denk dat veel mensen daar ook voordeel in hebben gezien. Deels zal er wel weer fysiek afgesproken worden, maar het is veel normaler geworden om online te vergaderen. Dat was eerst niet zo gewenst, of misschien zelfs wel taboe.”