Het optimaliseren van de doorstroming op kruispunten levert ontzettend veel winst op. MuConsult is al jarenlang betrokken bij diverse onderzoeken en projecten naar dit onderwerp. Onderzoekers Peter van Bekkum en Casper Stelling vertellen in dit interview uitgebreid over het thema Talking Traffic. Wat is het precies? En wat kan het voor overheden en de weggebruiker betekenen?
“Talking Traffic is een partnerschap waarin de overheid met het bedrijfsleven werkt aan het verbeteren van de doorstroming van het verkeer”, legt Casper uit. “Met nieuwe technieken. Talking Traffic is eigenlijk een bouwsteentje in de automatiseringstransitie. In de verre toekomst hebben we allemaal zelfrijdende autootjes. Die autootjes kunnen zelf rijden omdat ze communiceren met alles wat er om hen heen gebeurt. Zowel met andere voertuigen als met de weg en verkeersborden en met andere spullen van de overheid. Dus ook met de verkeerslichten, de dynamische informatiepanelen boven de snelweg enzovoort. Talking Traffic regelt eigenlijk de communicatie tussen die wegkantsystemen zoals we dat noemen, en de voertuigen.”
Talking Traffic bestaat al sinds Beter Benutten, een programma van de overheid waarbij het Rijk, regio en bedrijfsleven samenwerkten om de bereikbaarheid in de drukste regio’s over weg, water en spoor te verbeteren. Casper: “Er is toen een partnership gesloten tussen het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, een groot aantal decentrale overheden en een aantal private dienstverleners. Deze dienstverleners leveren de verkeerslichten, waar Talking Traffic vooral over gaat en de software die daarbij hoort. Een paar van de partijen leveren ook de zogenaamde use cases, de toepassingen. Die toepassingen maken communicatie tussen jou als automobilist en het verkeerslicht mogelijk. Dat kan bijvoorbeeld via een app zijn, maar ook via een systeem dat al in je auto zit, zoals je navigatie.”
Voorrang bij verkeerslichten
Als autobestuurder merk je ook hoe het systeem werkt. “Het meest waarschijnlijke wat je er van merkt in je eigen auto is dat je bij kruispunten met verkeerslichten misschien iets langer moet wachten op bussen, hulpdiensten en vrachtauto’s. Want die krijgen voorrang. Nu gebeurt dat nog erg kort van tevoren. Er zitten lussen in de weg die signaleren dat er een ambulance aankomt, bussen communiceren nu al op korte afstand met de verkeerslichten via radiosignalen. Het voertuig wordt dan pas ingeregeld. In de toekomst wordt die afstand groter en kan het verkeerslicht de bus of de ambulance al veel eerder zien aankomen. Straks weet een verkeerslicht 10 kilometer verderop al: er komt een ziekenauto aan. Zo gaan de verkeerslichten op de route van de ambulance eerder op groen en is de verstoring minder groot.”
De systemen werken ook samen met de systemen in auto’s. Als bestuurder kun je dus ook profijt hebben van meldingen. Peter van Bekkum legt uit hoe het werkt. “Je kunt er als automobilist ook lol van hebben. Je krijgt geen voorrang bij een stoplicht, maar je krijgt bijvoorbeeld wél informatie over wanneer het licht precies op groen gaat. Als je ziet dat het nog 15 seconden duurt voor het licht op groen gaat, maar je rijdt heel hard op de kruising af, dan kun je op dat moment je gas al loslaten. Zo kun je vloeiender bij de wachtrij aansluiten zonder te hoeven remmen. Terwijl je, als je kunt zien dat het over drie seconden groen wordt, je snelheid kunt aanpassen en vloeiend aansluiten en doorrijden. Zelf kun je geen invloed uitoefenen op de verkeerslichten. Dat kunnen alleen bepaalde categorieën verkeer zoals openbaar vervoerlijnen, hulpdiensten en vrachtauto’s, de zogenoemde use cases. En het gaat óók gelden voor fietsers. Als je in ’s Hertogenbosch een appje op je telefoon installeert en dat gebruikt als je op de fiets zit, dan weten de verkeerslichten nu al ‘er komt een groep fietsers aan, we gaan er eens voor zorgen dat die eerder groen krijgen.’ Zo ben je als fietser dus eerder de kruising over dan auto’s.”