Het Landelijk Reizigersonderzoek 2022
Context
Het Landelijke Reizigersonderzoek brengt trends in kaart in de mobiliteit van de Nederlandse bevolking van 18 jaar en ouder. Daarbij is er aandacht voor verschillende reismotieven, maar met name het woon-werk verkeer in de periode 2018-2022.
Het onderzoek maakt onderscheid naar de modaliteiten auto, openbaar vervoer en fiets. De onderzoeksresultaten geven ook inzicht in de ontwikkelingen in thuiswerken. Het ministerie vraagt sinds 2019 aan MuConsult om trends en effecten van die landelijke maatregelen op het reisgedrag inzichtelijk te krijgen in het Landelijk Reizigersonderzoek (LRO).
Het LRO vraagt reizigers naar het huidige reisgedrag en naar het reisgedrag en het jaar daarvoor, in dit geval dus voor de jaren 2022 en 2021. De resultaten worden vergeleken met eerdere jaren van het LRO.
Werkwijze
Voor het Landelijk Reizigersonderzoek 2022 voerden we net als in de andere jaren uit door middel van een enquête-onderzoek onder ongeveer 13.000 respondenten. In deze enquête werden ze gevraagd naar hun reisgedrag. De nadruk ligt op woon-werkreizen en eventuele thuiswerkdagen. Daarnaast komen ook andere reismotieven aan bod, zoals studie, zakelijke reizen, vrije tijd, bezoek aan familie of vrienden en winkelen.
Resultaat
Verklaringen voor verandering in woon-werk auto-, fiets en OV-gebruik
In oktober 2022 zijn 4 miljoen meer autoritten gemaakt voor woon-werkverkeer dan in 2021, vooral door minder thuiswerken, langere afstanden en meer werkdagen. Toch blijft het niveau nog onder dat van 2019. De toename in het aantal autoritten wordt gedempt door thuiswerken vanuit persoonlijke voorkeuren en milieuredenen. Ov-gebruik steeg met 1 miljoen ritten, dankzij goede verbindingen, kostenvergoedingen en files op de weg. Fietsgebruik nam met 2 miljoen ritten toe, gestimuleerd door reiskostenvergoedingen, gezondheid en milieubewustzijn. Comfort en gewoonte blijven redenen om niet te fietsen of het ov te mijden.
Doorrekeningen naar bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid
Woon-werkmobiliteit verklaart een groot deel van de daling in voertuigverliesuren op het hoofdwegennet in 2022 (-20% t.o.v. 2019). De CO₂-uitstoot daalde met 8% t.o.v. 2021, mede door meer elektrische auto’s en een zuiniger wagenpark. Het aandeel mensen dat, door te fietsen, aan de beweegnorm voldoet, steeg t.o.v. 2021, maar blijft lager dan in 2019, vooral omdat er nog altijd meer wordt thuisgewerkt. Het aantal gewonden in woon-werkverkeer nam toe, vooral door meer risico’s bij fietsen en autorijden.
Ontwikkelingen vervoermiddelbezit
Het gemiddeld aantal auto’s per huishouden steeg licht. Het bezit van e-bikes groeide, vooral onder jongeren.
Reisgedrag en motivaties
Gemiddeld werd in oktober 2022 3,2 dagen per week naar het werk gereisd, iets meer dan in 2021, maar minder dan in 2019. Dinsdag is de drukste dag. Gemak, comfort en flexibiliteit blijven belangrijke factoren bij vervoermiddelkeuze.
Ontwikkelingen thuiswerken
Het thuiswerken daalde naar gemiddeld 1,1 dag per week, tegenover 1,4 in 2021. 78% van de thuiswerkers is positief over thuiswerken, vooral over hybride werken.
Ontwikkelingen deelmobiliteit
Het gebruik van verschillende vormen van deelmobiliteit steeg licht van 15% in 2022 naar 17% in 2022, vooral door gebruik van deelfietsen en autodelen, met jongeren en hoogopgeleiden als grootste gebruikers. De meerderheid (83%) maakt dus geen gebruik van deelmobiliteit.