Mobiliteit speelt een cruciale rol in de brede welvaart van het landelijk gebied. Het stelt mensen in staat voorzieningen en sociale contacten te bereiken, wat hun fysieke en mentale gezondheid ten goede komt. Maar voor wie geen auto heeft is dit niet vanzelfsprekend. Hoe zorgen we ervoor dat iedereen kan blijven meedoen, nu en in de toekomst?
De auto: van sleutel tot kwetsbaarheid
In landelijke gebieden is de auto vaak onmisbaar voor maatschappelijke participatie. Zonder auto kun je niet op je werk komen onderwijs of bereik je je sociale contacten en gezondheidszorg niet. De afhankelijkheid van de auto brengt dus ook kwetsbaarheid met zich mee. Dit raakt vooral mensen met een lager inkomen, die vaak ook minder opleidingskansen hebben. Tegelijkertijd spelen ze een belangrijke rol in het oplossen van maatschappelijke uitdagingen, zoals het personeelstekort in de zorg en de verduurzamingsopgave.
Tussen 7,5 en 9 procent van de Nederlandse huishoudens kan zich geen auto veroorloven (KiM, 2025). Hoewel de meeste huishoudens zich in de stedelijk gebieden bevindt, is er ook een aanzienlijke groep in landelijke gebieden. Juist voor deze mensen zijn passende alternatieven noodzakelijk om hun brede welvaart te versterken en bij te dragen aan maatschappelijke opgaven, omdat zij minder alternatieven voor de auto hebben.
Hoewel meerdere factoren een rol spelen, hebben beperkte mobiliteitsopties en een hoge mate van auto-afhankelijkheid een duidelijke invloed op Brede Welvaart
Grote verschillen in Brede Welvaart in Nederland ervaren
Brede welvaart gaat over meer dan economische groei; het gaat over alles wat mensen van waarde vinden. Het omvat waarden als sociale verbondenheid, gezondheid, toegang tot voorzieningen en een prettige leefomgeving. Mobiliteit is hierin een verbindende factor: zonder bereikbaarheid kunnen mensen niet participeren (PBL, 2021).
In Nederland zijn er echter grote verschillen in hoe brede welvaart wordt ervaren. Bewoners van stedelijke gebieden hebben een grotere nabijheid tot werk en voorzieningen, terwijl bewoners van het landelijke gebieden profiteren van een gezondere leefomgeving en recreatiemogelijkheden. Toch scoren regio’s als het noordoosten van Groningen, delen van Drenthe en Zeeuws-Vlaanderen lager als het gaat over het ervaren van brede welvaart. Hoewel meerdere factoren hierbij een rol spelen, hebben de beperkte mobiliteitsopties en een hoge mate van auto-afhankelijkheid daar ook een duidelijke invloed op, omdat dit maatschappelijke participatie beperkt.

Wat is er mogelijk om de Brede Welvaart in het landelijke gebied te vergroten onder inwoners zonder auto?
Om ook de mensen zonder auto op het platteland te laten voorzien in hun behoeften en hen dezelfde kansen te bieden als mensen met auto moeten zij betaalbare en toegankelijke vervoeropties aangeboden krijgen. Er zijn verschillende effectieve initiatieven en oplossingen ontwikkeld:
- Van openbaar vervoer naar publieke mobiliteit: ov-verbindingen in landelijk gebied zijn vaak beperkt en laag frequent bediend. Bussen en treinen rijden voornamelijk op de drukkere vervoersaders waardoor het lastig is om met het reguliere, lijn- en dienstregeling gebonden openbaar vervoer voorzieningen te bereiken die mensen willen bereiken. In veel landelijke gebieden wordt daarom gewerkt aan de ontwikkeling van publieke mobiliteit. Op basis van een samenhangend, integraal vervoersysteem kunnen op diverse plekken al flextaxi’s geboekt worden van en naar plaatsen waar geen vast ov (meer) rijdt. Zo kunnen nabije dorpen of mobiliteitshubs, om met het ov verder door te reizen, relatief eenvoudig bereikt worden. Een andere optie is semi-vraagafhankelijk vervoer. Het kent een vaste dienstregeling en heeft ook een mogelijke route met haltes. De reiziger moet de rit vooraf boeken als hij vanaf een andere dan de centrale halte wil reizen. Deze ritten zijn vraagafhankelijk.
- Verbetering van fietsinfrastructuur: de opkomst van elektrische fietsen en speedpedelecs maakt het mogelijk om relatief comfortabel grotere afstanden af te leggen zonder auto. Een goede fietsinfrastructuur, met bijvoorbeeld regionale doorfietsroutes en een aanbod van deelfietsen en bedrijfsfietsregelingen zorgt ervoor dat mensen sneller geneigd zijn hier ook voor te kiezen en biedt een aantrekkelijk alternatief voor de auto op middellange afstanden.
- OV-probeeracties: op veel plekken in Nederland lopen pilots of zijn pilots geweest met ov-probeeracties. Hierbij kunnen mensen (vaak tijdelijk) gratis met het regionale ov reizen als zij voldoen aan bepaalde eisen. Dit geldt bijvoorbeeld voor ouderen, kinderen of mensen met een smalle beurs. De Onderwegpas gaat (in de daluren) het ov in het hele land betaalbaarder maken voor lage inkomens en krijgt financiering vanuit het Social Climate Fund van de Europese Unie (Tweede Kamer, 2025).
- (particuliere) Deelauto’s: bij deelauto’s denk je snel aan Greenwheels of MyWheels. Deze zijn door iedereen te gebruiken en vooral beschikbaar in stedelijk gebied. Toch is er in landelijk gebied ook potentie voor deelauto’s. Zo zijn er coöperatieve autodeelplatformen, zoals CoöperatieAuto en DEEL, waar bewoners (vaak met professionele ondersteuning) onderling een auto delen. Dit gaat in samenwerking met gemeenten of dorpsraden. Omdat het hier gaat om een vaste groep gebruikers geeft het mensen meer verantwoordelijkheidsgevoel en draagt het bij aan de sociale cohesie.
- Deelbakfietsen: wie geen auto kan delen, kan in sommige gevallen uit met een deelbakfiets. Deze bieden de mogelijkheid om bijvoorbeeld kinderen en boodschappen te vervoeren en zijn bovendien vaak elektrisch ondersteund. Omdat de aanschafprijs van een (elektrische) bakfiets tamelijk hoog ligt (zo’n € 3.000 tot € 6.000) kan het voordeliger zijn voor mensen om deze te delen.
- Samenrijdplatforms: in veel gemeenten is Automaatje actief, waarin ouderen tegen kostprijs met mensen meereizen naar hun bestemming Dit is vrij informeel. Daarnaast werken formelere carpoolplatforms zoals Nabogo aan carpoolen als aanvulling op en in plaats van het openbaar vervoer.
- Vrijwilligersinitiatieven: vanwege het tekort aan chauffeurs in het professionele vervoer, wordt steeds vaker gebruikgemaakt van vrijwilligersinitiatieven die lokaal vervoer verzorgen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan verschillende lokale belbussen. Deze initiatieven versterken ook de sociale cohesie.
Hoe benutten we het volledige potentieel?
Om mensen op het platteland zonder auto gebruik te laten maken van de initiatieven vraagt dit om:
- Gerichte samenwerking: overheden, vervoerders, lokale initiatieven en bewoners moeten grensoverschrijdend en door middel van co-creatie samenwerken om een integraal netwerk te creëren.
- Effectieve communicatie: veel mensen weten niet welke opties beschikbaar zijn of vertrouwen ze niet. Daarom is toegankelijke, herhaalde en doelgroepgerichte communicatie essentieel. OV-coaches of ervaringsverhalen van lokale ambassadeurs en gebruikers helpen hierbij.
In het kort
Het landelijk gebied is sterk afhankelijk van de auto, maar een aanzienlijk deel van de inwoners kan hier niet op rekenen. Door te investeren in alternatieve mobiliteitsoplossingen, zoals fietsinfrastructuur, flexibele ov-opties en deelauto’s en -bakfietsen, kunnen we de auto-afhankelijkheid verminderen en daarmee de brede welvaart versterken. Het veranderen van gedrag, samenwerking en communicatie spelen hierin een sleutelrol. Zo dragen we bij aan een inclusieve samenleving waarin iedereen mee kan doen, nu én in de toekomst.